DELVAUX REDT DE MEUBELEN

Eettafel in gelakt metaal en glas uit 1980 van de Aalsterse postmodernist Pieter De Bruyne, gekocht via zijn familie. © Karel Duerinckx

De Brusselse flagshipstore van Delvaux is opnieuw bemeubeld. Met een collectie Belgisch design van museaal niveau dan nog. Weekend Knack ging in primeur het stof afnemen, met artistiek directrice Christina Zeller.

From the Kingdom of Belgium. De nieuwe tagline van Delvaux mag je tegenwoordig letterlijk nemen. Het oudste lederwarenmerk ter wereld speelt zijn Belgische imago weer volop uit. In hun Brusselse winkel werd zopas een hele reeks designmeubelen van bij ons binnengehaald. De boetiek is de ambassade van het Belgisch design geworden. Renaat Braem, Jules Wabbes, Ben Storms, Nathalie Dewez, Alain Berteau en Pieter De Bruyne bemeubelen vanaf nu de flagshipstore.

Waarom trekt Delvaux die Belgische (design)kaart ? Hoe rijm je dat esthetische patriottisme met de internationale ambities ? Volgens Li Edelkoort, de bekendste trendwatcher ter wereld, profileren wereldwijd opererende modehuizen zich steeds nadrukkelijker als een lokaal merk. Chanel gebruikt tegenwoordig expliciet als ondertitel ‘Paris’. “Modehuizen huren soms zelfs kleine winkels in straatjes vol onafhankelijke boetieks, om zich voor te doen als indie retailer. Een soort anti-establishmentreactie”, aldus Edelkoort. Is dat inderdaad de redenering achter From The Kingdom of Belgium ? “Het is wat ons merk uniek maakt”, zegt artistiek directrice Christina Zeller. “We hebben meer geschiedenis dan gelijk welk lederwarenhuis. Daardoor hebben we veel savoir-faire in de rangen. Maar wat ons écht bijzonder maakt, is onze herkomst. We komen uit een koninkrijk dat amper een postzegel groot is. Dat is pas exotisch.”

We ontmoeten Christina Zeller in de Delvauxwinkel in Brussel : een statig herenhuis op twee verdiepingen aan de Waterloosesteenweg 27, met een klassieke architectuur die een frisse remake kreeg. “Klassiek rebels noem ik onze stijl. Anders dan de concurrenten is het absoluut niet de bedoeling om overal ter wereld gelijkaardige boetieks te openen. Delvaux wil blijven verrassen.” Opvallend in ‘Le 27’ : de Mondriaan-vitrinekasten, een wisselende collectie hedendaagse fotografie, en een parcours langs opmerkelijke designstukken. Beneden springt meteen de InVein-tafel van Ben Storms in het oog : een marmeren tafel op schragen, waarvan het demonteerbare blad aan de onderkant een bolle spiegel is. Boven : nóg een bijzondere salontafel van Ben Storms, de InHale, waar we ons nestelen. “Een regelrechte coup de coeur was dit stuk. Echt liefde op het eerste gezicht”, zegt Zeller. “Kijk eens goed naar dat meubel : een enorm blok zeldzaam Saint-Annemarmer van tweehonderd kilo rust op soort blinkende ‘Fatboy’. Puur surrealisme. De basis van de tafel is een kussen van metaal, waar Ben een bijzonder opblaasprocedé voor bedacht. Het designkunstwerk zit vol paradoxen. Log versus luchtig. Innovatie versus traditie. Een materiaal met een zware geschiedenis versus zijn ‘lichtvoetige’ sokkel. Exact waar Delvaux voor staat.”

ESTHETISCH PATRIOTTISME

Delvaux bouwt sinds een paar jaar in stilte een designcollectie op. De meeste stukken verwerven ze via de Parijse designgalerie Patrick Fourtin, die veel Belgen vertegenwoordigt. De stukken van Pieter De Bruyne kochten ze via zijn familie aan. Een kleine stock is nodig, want ook in de buitenlandse boetieks van Delvaux komen Belgische designinterventies. “We hebben een didactische ambassadeursfunctie te vervullen als het op Belgisch talent aankomt. Elke winkel moet een Belgisch ‘parfum’ hebben. Delvaux is een huis van heritage en transmissie. Maar ook van innovatie. Vandaar de combinatie van hedendaagse designers en ontwerpers van vroeger.”

INTERNATIONALE AMBITIES

“Weet je, Belgen zijn nooit sant in eigen land. Wij willen het tegendeel bewijzen. Voor een buitenlander als ik – een Zwitserse die al heel haar leven in Parijs woont – is het ongelofelijk : er loopt hier zoveel designtalent rond. Maar jullie ontwerpers zijn zo bescheiden, dat ze er niet over communiceren. Nathalie Dewez bijvoorbeeld, van wie we twee prachtige lichtsculpturen in huis hebben. Internationaal topniveau is ze, maar zeer nederig. Ook in het moderne twintigste-eeuwse design is er in België een enorme weelde, maar internationaal zijn die ontwerpers absoluut nog niet bekend genoeg. Bijvoorbeeld Jules Wabbes, van wie we een prachtige plafondlamp en een Boomerangbureautafel hebben. Mijn favoriet uit die periode is het organische bureau van Renaat Braem, een utopistische architect die in 1952 deze tafel en stoel tekende voor de toonzaal van Haentjens. Ultrazeldzaam. Een hommage aan de natuur. En prachtig hoe dat streepjesmotief clasht met ons Hongaars puntparket in de boetiek.”

Christina Zeller vervoegde de Delvauxrangen in november 2011. Haar jaren- lange ervaring in de Franse mode was meteen voelbaar bij het merk : het archief, de huisstijl, de website en de winkels werden grondig tegen het licht gehouden. Met het oog op internationalisering. “Dat was dringend nodig, want nog geen drie procent van de tassen werd toen in het buitenland verkocht. Op dat moment was Delvaux typisch Belgisch : bruin-beige-grijs. Het bedrijf was ook niet voldoende rendabel, de marges waren niet groot genoeg op de tassen, de fabricagetijd was niet goed berekend. In 2011 was men zelfs van plan om de Brillant gewoon uit de collectie te halen ! Kun je je dat inbeelden ? Onvoorstelbaar dat je de meest iconische en tijdloze tas gewoon buitenkiepert. Wist je dat de Brillant in 1958 ontworpen is door Paul Goethals, een architect die aan La Cambre studeerde? Die architecturale belijning maakt het ontwerp zo sterk, denk ik.”

IN CHINESE HANDEN

Het mag gezegd : na Zellers kritische opfrisbeurt is Delvaux een discreet luxemerk geworden dat nu lichtheid, surrealisme, creativiteit en elegantie uitademt. “Un luxe amusant, noem ik het zelf.We zijn niet over-fashioned en we nemen onszelf wat minder au sérieux. Delvaux is geen merk dat enkel maar op kwaliteit focust, dat is veel te vervelend. Je moet toch ook eens kunnen lachen ? ”

Toch werd er niet hard gelachen toen bekend werd dat Delvaux in Chinese handen kwam. De Chinese Fungbroers, die het merk in 2011 kochten, etaleerden meteen grote plannen. “Maar ze willen die niet bereiken als haastige investeerders die enkel uit zijn op snelle winst”, zegt Zeller. “Dankzij hen kan Delvaux nu groeien, anders was het bedrijf failliet gegaan. Ze zijn de ideale partners. Ze begeleiden het merk zachtjesaan. Ze schakelen niet meteen drie versnellingen hoger. Of ze trekken het merk niet meteen de dieperik in, zoals soms het geval is bij overnames. De productie gebeurt nu in Frankrijk en België, met de beste kwaliteit leder die we kunnen krijgen. De Fungs willen van Delvaux een internationaal succesverhaal maken. Dat is in 188 jaar tijd nooit gelukt. Delvaux is nog steeds een start-up, op internationaal niveau.”

Tekst Thijs Demeulemeester & Foto’s Karel Duerinckx

Wereldwijd opererende modehuizen profileren zich steeds nadrukkelijker als een lokaal merk

Christina Zeller: “Er loopt hier zoveel designtalent rond. Maar jullie ontwerpers zijn zo bescheiden”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content