De vergeten villa van Eileen Gray: legendarisch stukje modernistische geschiedenis

© -

Om de villa in Roquebrune-Cap-Martin te bezoeken, moet je via een smal paadje door een ordinair hek. Niets laat vermoeden dat daarachter een legendarische parel verscholen zit. Het eerste wat je ziet voorbij het hek is een adembenemend zicht op de Middellandse Zee. Pas daarna valt de villa op, een compositie van strakke lijnen en witte vlakken die contrasteren met het azuurblauwe zeewater. “De villa telt twee bouwlagen en vormt op die manier een architecturale schakel tussen het wandelpad en de lager gelegen zee,” vertelt Elisabetta Emina, de gids van dienst. “Eileen Gray is misschien geen ronkende naam zoals Le Corbusier of Mies Van der Rohe, maar toch heeft ze met haar villa een unieke bijdrage geleverd aan de geschiedenis van de moderne architectuur.”

Architectuur was een mannenbastion in de eerste helft van de vorige eeuw, en toch hebben ook twee vrouwen hun stempel gedrukt op het modernisme: Charlotte Perriand en Eileen Gray. Perriand werd bekend in de schaduw van Le Corbusier als ontwerpster van zijn inmiddels legendarisch geworden meubelcollectie. Eileen Gray zocht vooral haar eigen weg als architecte.

Maison à la mer

Gray is een van oorsprong Ierse meubel-, stoffen- en interieurontwerpster die tot halfweg de jaren twintigvan de vorige eeuw vooral opdrachten kreeg van gegoede Parijse burgers. In die periode raakte ze via haar man Jean Badovici, een Roemeense architect en goede vriend van Le Corbusier, steeds meer geboeid door architectuur. In 1926, ze was toen al 48, ontwierp Eileen Gray met de steun van haar man de vakantiewoning, een toevluchtsoord, weg van de stadsdrukte.

De woning was klaar in 1929. Ze had voor Maison à la mer kunnen kiezen, maar de naam werd een code, typerend voor het rationeel denken van die tijd. Het lijkt op het eerste zicht een serienummer van een schroef in een doe-het-zelfzaak, maar Gray koos de letters niet zomaar. De ‘E’ staat voor Eileen, 10 verwijst naar de tiende letter van het alfabet, de ‘J’ van Jean. De 2 en 7 verwijzen naar ‘B’ en ‘G’, de initialen van Badovici en Gray.

We dalen af naar het liefdesnest. De zwarte muur aan de ingang, de luifel en een ijzeren hek doen bijna denken aan een kille spelonk. Eenmaal binnen, komen het licht en uitzicht je tegemoet. De woonkamer is beperkt in oppervlakte en toch straalt ze ruimtelijkheid uit, door de brede en plafondhoge accordeonramen, die uitkijken over de mediterrane kust, met in de verte de skyline van het mondaine Monaco. Aan een muur hangt een reusachtige maritieme kaart. Opvallend is dat in dezelfde ruimte als de woonkamer ook een badkamer, een slaapplaats en een bar zijn ondergebracht. Ze worden van elkaar gescheiden door zelf ontworpen meubelen en wanden. Die indeling past in de experimentele sfeer van het toen opkomende modernisme dat wou breken met het verleden.

“Elk detail in, aan en rond de woning is het resultaat van een lange, doorgedreven, bijna maniakale zoektocht van Eileen Gray naar een evenwicht tussen stilistische, functionele en ergonomische aspecten. Dat ze niet over één nacht ijs gegaan is, valt onder meer ook af te leiden uit de vele markeringen op de muren, kasten en de vloer”, vertelt onze gids Elisabetta. Gray tekende ook alle meubelen in de woning, zoals de inmiddels iconische fauteuil Bibendum, de Transatstoel, de verstelbare bijzettafel E-1027 en de speelse maar handige satellietspiegel. Die klassiekers zijn vandaag nog altijd te koop bij het Britse meubelbedrijf Aram, dat de licenties intussen ook deelt met het Duitse label Classicon. Originele vintage exemplaren zijn nagenoeg onvindbaar en onbetaalbaar geworden.

Als een pissende hond

Elisabetta opent de accordeonramen. Het is hier, op de scheiding tussen de woonkamer en het terras, dat je als bezoeker de vrouwelijke, warme toets van Eileen Gray aan den lijve ondervindt. Villa E-1027 komt pas volledig tot haar recht met alle ramen en deuren open. Alsof het overdekte, L-vormige terras de leefruimte omarmt. Gray creëerde intimiteit en tegelijk een gevoel van openheid. Gebouwen zijn machines à habiter, zo klinkt de beroemde uitspraak van Le Corbusier. “A house is not a machine“, repliceerde Eileen Gray en daarmee ging ze in tegen de opvattingen van Le Corbu. “De armoede van moderne architectuur zit in het wegsteken van alle sensualiteit,” vond de architecte.

Na hun relatiebreuk in 1931 schonk Gray de villa aan Badovici. Die nodigde later zijn vriend Le Corbusier uit om in het huis te verblijven. De beroemde architect schilderde acht seksueel beladen muurtekeningen op de witte muren van villa E-1027, in een stijl die doet denken aan zijn vriend en tijdgenoot Pablo Picasso. “Hij bakende er als een pissende hond zijn territorium af”, schreef Rowan Moore, architectuurcriticus van The Guardian. Archieffoto’s tonen hoe Le Corbusier in zijn blootje de muren staat te beschilderen. “Als een daad van naakte fallocratie”, dixit Rowan Moore.

Of Le Corbusier effectief gefrustreerd was door en jaloers op het modernistisch icoon van Eileen Gray is niet zeker, maar het valt niet te ontkennen dat de muurschilderingen voor die tijd evocatief en provocerend waren. Gray was biseksueel en Le Corbusiers tekeningen met naakte vrouwen in suggestieve poses kunnen als vandalistisch, seksistisch of respectloos beschouwd worden. Peter Adam, goede vriend van Gray en ook haar biograaf, noemde het “een verkrachting van het huis”. Later ondernam Le Corbusier tevergeefs meerdere pogingen om E-1027 te kopen, maar telkens ving hij bot. Uiteindelijk kocht hij een aanpalend stuk grond, waarop hij zijn eigen vakantiehut ‘Le Cabanon’ bouwde. Plus vijf identieke vakantieverblijven ‘Les Unités de Camping’ voor toeristen, allemaal met zicht op zee. Je kunt vandaag niet meer verblijven in de houten hutten op palen, maar Elisabetta neemt je er wel mee naartoe tijdens haar rondleiding. “Het orgelpunt van de hele intrige komt er wanneer de legendarische architect in 1965 verdrinkt tijdens een zwempartij in de zee, vlak voor villa E-1027”, vertelt ze.

Moderne stoomboot

Terug over naar Eileen. Onze gids neemt ons mee naar de onderste verdieping van de villa. Van hieruit zie je goed dat de woning op palen rust, de overdekte plek onderaan deed vaak dienst als zit- of eetplaats. “Vanuit de tuin lijkt de gevel op een moderne stoomboot met een elegante spiltrap uit glas en metaal als schoorsteen”, beschrijft Elisabetta. “Het is duidelijk dat Gray zich tijdens het ontwerp heeft laten inspireren heeft door de onmiddellijke nabijheid van de zee.”

Terwijl de architecte haar vakantievilla vooral beschouwde als een plek waar ze tot rust kon komen, had haar geliefde Badovici andere opvattingen. Hij nodigde er vaak bevriende kunstenaars uit en organiseerde feestjes. Dat meningsverschil vormde in 1931 mee de basis van de breuk tussen Gray en Badovici. Vanaf toen raakte de vakantiewoning langzaam maar zeker in verval. Tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikten soldaten de muren als doelwit voor hun schietoefeningen. In 1974 werd de woning gekocht door een drugsverslaafde gynaecoloog die ze verder liet vervallen, hij werd er ook vermoord. Na diens dood en de daaropvolgende leegstand, viel villa E-1027 eind vorige eeuw steeds vaker ten prooi aan daklozen, drugsverslaafden en graffitispuiters. Kort na de eeuwwisseling besloten de Franse overheid en het lokale stadsbestuur om de villa van sloop te redden en in ere te herstellen.

Duurste stoel ooit

Maar ook de renovatie liep niet van een leien dakje. Er was sprake van minderwaardige materialen en slecht uitgevoerde herstellingen. “Eileen Gray zou zich omdraaien in haar graf op Père Lachaise als ze zag wat hier allemaal gebeurt”, schreef Michael Webb, een architectuurcriticus die het huis tijdens de renovatiewerken bezocht en verbouwereerd was door het roest en de scheuren in de muur. De werken duurden zestien jaar en zijn nog altijd niet voltooid, maar sinds 2015 kun je de woning wel opnieuw gaan bezoeken. Twee plusplunten: de woning is alvast in een betere staat dan toen ze bijna verkruimelde tot een ruïne, en negentig jaar na de bouw laat ze nog altijd een moderne en zelfs vernieuwende indruk na.

Vanaf de jaren zestig werd Eileen Gray langzaam herontdekt en vandaag staat ze niet langer in de schaduw. Het was Londenaar Zeev Aram die in de jaren zeventig voorstelde om haar meubelen opnieuw in productie te brengen. Gray was toen al 95. “Ze was gekwetst dat de wereld haar vergeten was”, vertelde Aram later. “Toen ik haar contacteerde voor de productie van haar werk, was haar antwoord ‘Wie is daar nu in geïnteresseerd? Denk je dat het de moeite is?'”

In 2009 werden op een veiling bij Pierre Bergé in Brussel miljoenen betaald voor meubelen van Gray. Zo ging er een bibliotheekkast onder de hamer voor 2,5 miljoen euro. Hoewel geen enkel bedrag het gebrek aan aandacht tijdens haar leven kan goedmaken, is het toch een erkenning voor haar belang in de geschiedenis van de moderne architectuur. Bij Sotheby’s in Londen deden ze dat jaar nog beter: daar werd 21,9 miljoen euro neergeteld voor een stoel van Gray. Een leren armstoel, ooit eigendom van Yves Saint Laurent. En zo staat het duurste twintigste-eeuwse meubelstuk uit de geschiedenis op naam van Eileen Gray.

Info: de site van villa E-1027 kan enkel bezocht worden via een begeleide rondleiding (15 euro). Inschrijven via www.capmoderne.com

Mike Vanderroost

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content